Tandvleescorrectie

Soms toont iemand bij het lachen veel tandvlees of is de vorm ervan niet mooi of eigenlijk wat te dik. Soms groeien tanden en kiezen niet voldoende uit en lijkt het alsof ze te kort zijn. Ook kunnen medicijnen zorgen voor forse zwelling van het tandvlees. Na een orthodontische behandeling kan het zijn dat de snijtanden niet eenzelfde kroonlengte hebben. Correctie van de vorm van het tandvlees al dan niet met gelijktijdige correctie van het bot kan dan uitkomst bieden en leiden tot een mooiere lach.

Na het trekken van tanden en kiezen verliest het kaakbot zijn functie, waardoor het volume van het bot snel afneemt. Vooral bij het verlies van een voortand leidt dit regelmatig tot zichtbare “deuken” in het tandvlees (eigenlijk dus in het onderliggende kaakbot). Het wordt dan lastig om een brug te maken die de verloren tand op fraaie wijze vervangt. Door eerst een botopbouw uit te voeren, soms in combinatie met een verdikking van het tandvlees, kan de oorspronkelijke contour zoveel mogelijk worden hersteld, waarna het voor uw tandarts een stuk eenvoudiger wordt een esthetisch fraai resultaat te boeken.

De parodontoloog kan met u bespreken of dit mogelijk is.